Bron: Uitvoeringsregeling GLB 2023, artikel 1
BouwlandBraakHoofdteeltKruidachtige voedergewassenLandbouwareaalLandschapselementenNiet-productieve grondenPerceel landbouwgrondWaterloopWatervoerende slootDroge slootFlauw taludTer beschikking hebbenOverzicht alle definities
Enkele belangrijke definities:
Bouwland
Grond die voor de teelt van gewassen, anders dan blijvend grasland en blijvende teelt, wordt gebruikt of daarvoor beschikbaar is maar braak ligt.
Braak
Bouwland waarop in het aanvraagjaar voor een periode van minimaal 6 aaneengesloten maanden, of op basis van de subsidieregelingen ANLb of de Catalogus Groenblauwe diensten, geen productie plaatsvindt en waarop natuurlijke of ingezaaide vegetatie voorkomt.
Hoofdteelt
Teelt op landbouwareaal van een gewas dat in de periode van 15 mei tot 15 juli het langst aanwezig is.
Kruidachtige voedergewassen
Alle kruidachtige planten die traditioneel in natuurlijk grasland voorkomen of normaliter in zaadmengsels voor grasland worden opgenomen met uitzondering van heide en riet.
Landbouwareaal
Grond die wordt gebruikt als bouwland, blijvend grasland of blijvende teelt.
Als bouwland komt ook in aanmerking een perceel met maximaal 100 bomen per hectare.
Als blijvende teelt komt ook in aanmerking:
- een perceel boslandbouw als voedselbos met verschillende bomen en struiken waarvan de soorten binnen afzienbare termijn voor eetbare producten zorgen;
- arealen met jonge houtachtige planten in de open lucht, bestemd om later te worden verplant en bepaalde kwekerijen;
- kortlopend hakhout.
Als blijvend grasland komt tevens in aanmerking:
- mengsels van gras met een gewas uit de gewassenlijst ‘stikstofbindende gewassen’, met uitzondering van riet; en
- areaal blijvend grasland met maximaal 100 bomen per hectare.
Landschapselementen
Begroeide terrein- en waterdelen en overige elementen waarop het uitoefenen van een landbouwactiviteit niet mogelijk is.
Niet-productieve gronden
Landschapselementen, braak, plas-dras gedurende de inundatiepe riode, bufferstroken als bedoeld in GLMC4 die worden gebruikt voor niet-productieve doeleinden, akkerranden en andere stroken of randen van gras of kruiden die niet aangemerkt kunnen worden als landbouwproductie.
Perceel landbouwgrond
Aaneengesloten stuk landbouwareaal, waaronder begrepen aangrenzende landschapselementen die ter beschikking van de landbouwer staan, dat door één landbouwer is aangegeven.
Waterloop
Samenhangend geheel van vrij aan het aardoppervlak voorkomend water, met de daarin aanwezige stoffen, en de bijbehorende bodem en oevers.
Watervoerende sloot
Sloot die van 1 april tot 1 oktober onder normale omstandigheden water bevat.
Droge sloot
Sloot die van 1 april tot 1 oktober onder normale omstandigheden geen water bevat.
Flauw talud
Een talud dat tenminste 2 meter breed is vanaf de waterlijn tot aan de insteek en met een helling die niet steiler is dan 1:3.
Ter beschikking hebben
Op de peildatum heeft de landbouwer het perceel landbouwgrond ter beschikking, op grond van
eigendom, huur of pacht dan wel in gebruik met schriftelijke toestemming van de eigenaar, de
verhuurder of de verpachter.
Overzicht alle definities
Zie deze link